Wanneer kregen vrouwen stemrecht? En hoe verschilde dat per land? De tijdbalk Vrouwenkiesrecht geeft een handig overzicht.

  Bron: womenshistory.about.com
1881 Sommige Schotse vrouwen krijgen stemrecht in lokale verkiezingen.
1883 Aletta Jacobs verzoekt het college van B&W van Amsterdam om haar op de kiezerslijst te plaatsen. Volgens haar voldeed zij aan alle wettelijke eisen.
Hoewel de grondwet het kiesrecht aan meerderjarige Nederlanders met een bepaald inkomen toekende, stelde de Hoge Raad dat "Nederlander en ingezetenen alleen slaat op de mannen, anders ware dit afzonderlijk vermeld'.
1893 Nieuw Zeeland geeft vrouwen stemrecht.
1894 Engeland bereidt het kiesrecht van vrouwen uit, maar vrouwen mogen niet meestemmen in nationale verkiezingen.
1902 Australische vrouwen krijgen beperkt kiesrecht.
1906 In Finland krijgen vrouwen het recht te stemmen.
1907 Vrouwen in Noorwegen mogen zich verkiesbaar stellen.
1913 In Noorwegen krijgen vrouwen volledig kiesrecht.
1915 In Denemarken en Ijsland krijgen vrouwen stemrecht.
1917 De nieuwe Russische grondwet staat vrouwenkiesrecht toe.
1917 In Nederland krijgen vrouwen het passief kiesrecht oftewel het recht gekozen te worden.
1918 In Engeland krijgen vrouwen van 30 jaar en ouder kiesrecht, mannen krijgen kiesrecht als ze ouder dan 21 zijn.
1918 Canadese vrouwen krijgen kiesrecht voor het provinciaal bestuur.
1918 In Duitsland en Oostenrijk mogen vrouwen stemmen.
1918 Vrouwen krijgen kiesrecht in Litouwen, Polen, Estland and Letland.
1919 Vrouwen in Nederland krijgen het actief kiesrecht.
1919 Vrouwen in België, Luxemburg en de Oekraïne krijgen kiesrecht.
1919 In Nieuw Zeeland mogen vrouwen gekozen worden.
1919 In Zweden krijgen vrouwen beperkt stemreccht.
1920 Vrouwen krijgen in alle staten van Amerika stemrecht.
1920 Vrouwen in Albanië, Tjechië en Slowakije krijgen kiesrecht.
1920 Canadese vrouwen mogen zich verkiesbaar stellen.
1921 Vrouwen in Zweden krijgen volledig kiesrecht.
1921 Armenië en Azerbeijan geven vrouwen kiesrecht.
1928 Vrouwen in Engeland krijgen kiesrecht gelijk aan dat van mannen.
1928 In Ecuador en Guyana krijgen vrouwen stemrecht.
1930 Blanke vrouwen in Zuid Afrika krijgen stemrecht.
1931 In Spanje krijgen vrouwen volledig kiesrecht.
1932 Uruguay, Thailand en de Malediven.
1933 Turkse vrouwen krijgen het recht te stemmen.
1934 Cuba en Brazilië.
1934 In Turkije mogen vrouwen zich verkiesbaar stellen.
1934 In Portugal krijgen vrouwen beperkt kiesrecht.
1937 Op de Filipijnen krijgen vrouwen stemrecht.
1938 Vrouwen in Bolivia krijgen kiesrecht.
1938 Oezbeekse vrouwen krijgen het recht te stemmen.
1939 El Salvador.
1941 Panama geeft vrouwen beperkt stemrecht.
1942 Bulgarije en Jamaica.
1944 Frankrijk.
1945 Indonesië, Italië, Hungarije, Japan, Joegoslavië, Senegal en Ierland.
1946 Palestina, Kenia, Liberia, Kameroen, Korea, Guatemala, Panama, Roemenië, Venezuela en Vietnam.
1947 China, Nepal, Pakistan, Singapore en Argentinië.
1947 Mexico.
1948 Israël, Irak, Korea, Nigeria en Suriname. België dat vrouwen al eerder stemrecht had gegeven, geeft vrouwen volledig kiesrecht.
1949 Bosnië Herzegovina.
1949 China en Costa Rica .
1949 Vrouwen in Chili krijgen kiesrecht, maar moeten gescheiden van mannen stemmen.
1950 India, Haïti en Barbados.
1950 Canada.
1951 Nepal en Grenada.
1952 Griekenland, Libanon en Bolivia.
1953 In Mexico mogen vrouwen zich verkiesbaar stellen.
1953 Hongarije.
1953 Bhutan and the Syrië verlenen vrouwen volledig kiesrecht.
1954 Ghana, Colombia en Belize geven vrouwen kiesrecht.
1955 Cambodja, Ethiopië, Peru, Honduras en Nicaragua stellen kiesrecht voor vrouwen in.
1956 Vrouwen krijgen kiesrecht in Egypte, Somalië, Comoros, Mauritius, Mali en Benin.
1957 Maleisië breidt het vrouwenkiesrecht uit.
1957 In Zimbabwe mogen vrouwen voortaan stemmen.
1959 Madagascar en Tanzania geven vrouwen kiesrecht.
1959 San Marino staat vrouwen toe te stemmen.
1960 Vrouwen op Cyprus, in Gambia en in Tonga krijgen stemrecht.
1960 Canadese vrouwen mogen zich verkiesbaar stellen.
1961 Burundi, Malawi, Paraguay, Rwanda en Sierra Leone voeren vrouwenkiesrecht in.
1961 Vrouwen op de Bahamas krijgen beperkt kiesrecht.
1961 Vrouwen in El Salvador kunnen zich voortaan verkiesbaar stellen.
1962 Algerije, Monaco, Uganda en Zambia geven vrouwen kiesrecht.
1962 In Australië krijgen vrouwen volledig kiesrecht.
1963 Vrouwen in Marokko, Congo, Iran en Kenia krijgen stemrecht.
1964 Sudan voert kiesrecht voor vrouwen in.
1964 Op de Bahamas word volledig kiesrecht voor vrouwen ingevoerd.
1965 Vrouwen krijgen kiesrecht in Afghanistan, Botswana and Lesotho.
1967 Ecuador voert volledig kiesrecht in.
1968 Volledig kiesrecht voor vrouwen ingevoerd in Swaziland.
1970 Jemen voert kiesrecht in.
1971 Zwitserland voert vrouwenkiesrecht in en de Verenigde Staten verlagen de kiesgrechtigde leeftijd voor zowel mannen als vrouwen naar 18 jaar.
1972 Bangladesh verleent vrouwen kiesrecht.
1973 Vrouwen in Bahrein krijgen volledig kiesrecht.
1973 Vrouwen mogen zicht verkiesbaar stellen in Andover en San Marino.
1974 Jordanië en de Salomon Eilanden breiden het vrouwenkiesrecht uit.
1975 Angola, Kaap Verdïe en Mozambique geven vrouwen stemrecht.
1976 Portugal voert volledig kiesrecht voor vrouwen in.
1978 Moldavië voert volledig kiesrecht in.
1978 Vrouwen in Zimbabwe mogen zich verkiesbaar stellen.
1979 Vrouwen op de Marshall-eilanden en Micronesië krijgen volledig stemrecht.
1980 Iran geeft vrouwen (opnieuw) stemrecht.
1984 Volledig kiesrecht voor vrouwen in Liechtenstein.
1984 In Zuid Afrika wordt het kiesrecht uitgebreid voor gekleurden en Indiërs.
1986 De Centraal Afrikaanse Republiek voert vrouwenkiesrecht in.
1990 Vrouwen op Samoa krijgen volledig kiesrecht.
1993 Vrouwen in Kazachstan krijgen volledig kiesrecht.
1994 Zwarte vrouwen krijgen volledig kiesrecht in Zuid Afrika.
2005 Het parlement van Kuweit geeft vrouwen volledig kiesrecht.