Het eerste nummer van Historica 2022 bevat drie artikelen over vrouwen in de literatuur. Thom Tolboom gaat in op de representatie van Geertruida Bosboom-Touissaints als auteur, Hannah Smets belicht de onderlinge sociabiliteit van schrijfsters en Marie Isaac onderzoekt het beeld van ‘de vrouw’ in de Vlaamse oorlogsliteratuur van de Eerste Wereldoorlog. Daarnaast vinden jullie een artikel van Romy Beck over regentenvrouw Anna Elisabeth van den Bempden en van Hilde Neus over een actie van vrouwen van kleur tegen de Burgerwacht in Suriname, anno 1778. Voor genderview sprak Greetje Bijl met Anneke Ribberink, gastonderzoekster aan de Vrije Universiteit Amsterdam, dat gesprek staat integraal online.

 

 

Partners in politiek. Anna Elisabeth van den Bempden, een Amsterdamse regentenvrouw in de eerste helft van de achttiende eeuw

“Alles zal afhangen wat geneigtheden God in het harte der Vorsten zal geven. Die zijn soo onseker door de incidente te raden, dat men hier niets van tevoren van seggen kan. Een partij voor of tegen gekosen verandert alle maatregelen”, aldus Anna Elisabeth van den Bempden in december 1745 in een brief aan haar neef Cornelis Calkoen over de oplopende spanningen tussen de Europese grootmachten. Deze brief was zeker geen incident. Regentenvrouw Anna Elisabeth van den Bempden onderhield tussen 1731 en 1747 een uitgebreide briefwisseling met Cornelis Calkoen, die als ambassadeur werkzaam was in het Ottomaanse Rijk. Het politieke krachtenveld hield haar bezig en daarover correspondeerde ze uitvoerig. Dit artikel laat een maatschappelijk geïnteresseerde en geëngageerde achttiende-eeuwse dame herleven, en toont hoe vrouwen op hun eigen manier konden beschikken over politieke ambitie, bewustzijn en bekwaamheid.

Romy Beck


Zeventig vrouwen van kleur tegen de Burgerwacht, Suriname 1778

Cornelia de Bakker loopt door Paramaribo, langs de Waterkant. Ze bezoekt haar vriendinnen, vrouwen zoals zij, licht- tot donkerbruin van kleur, en allen in het bezit van een vrijbrief. Ze heeft een belangrijke zaak te bespreken. Kleine ponten varen af en aan naar de kade om luxegoederen zoals kazen, boter en wijn vanaf de grote zeeschepen naar de oever te vervoeren. Eenmaal leeg worden die opgevuld met vaten suiker en balen koffiebonen. 1775 was voor de export vanuit Suriname nog een topjaar, maar de economie bevindt zich in een neerwaartse spiraal vanwege de beurscrash van Amsterdam, twee jaar daarvoor. Zou Cornelia met de vrouwen willen praten over de kaarsenbelasting die ze moeten betalen aan de Burgerwacht? Als zij zich verenigen kunnen ze een rechtszaak tegen de wacht aanspannen. Dit is het Suriname van 1778, een kolonie die met gouverneur Nepveu in een ander vaarwater lijkt te zijn beland.

Hilde Neus

Genderview Anneke Ribberink: Gelijke rechten garanderen geen gelijke kansen

Anneke Ribberink was universitair docent politieke en gendergeschiedenis aan de Vrije Universiteit in Amsterdam. Sinds 2015 is zij daar gastonderzoekster. Zij promoveerde in 1998 op een proefschrift over de beginfase van de Nederlandse 'tweede feministische golf'. Momenteel werkt ze aan een boek over vijf vrouwelijke politieke leiders in West- en Noord-Europa vanaf begin twintigste eeuw tot heden. Lees hier het interview dat Greetje Bijl met haar had.

 
Een orthodox vrijbuitster. De representatie van Geertruida Bosboom-Touissaints auteurschap

“Nederlands eerste romancière heette zij bij hare opkomst; zij heet het nog, en met hetzelfde regt.” Deze prijzende woorden, gevloeid uit de pen van de gevreesde literatuurcriticus Conrad Busken Huet in 1864, maken deel uit van een biografisch stuk over Geertruida Bosboom-Toussaint (1812-1886). Wie een Nederlandse literatuurgeschiedenis over de negentiende eeuw openslaat, zal het met Busken Huets constatering eens worden. Vrouwen zijn namelijk schaars vertegenwoordigd en Bosboom-Toussaint is de enige die genoemd wordt langszij grote namen als Willem Bilderdijk, Hendrik Tollens, Eduard Douwes Dekker en Nicolaas Beets. Haar uitzonderlijke positie als vrouw in een door mannen gedomineerd veld maakt de manier waarop zij zelf, en de literaire wereld om haar heen, met deze rol omging tot een prikkelende casus voor historische beschouwing.

Thom Tolboom


Literair zusterschap: fictie of realiteit? Raboeyegyselanoy en de onderlinge sociabiliteit van vrouwelijke auteurs

“De normale tekortkomingen van onze vrouwelijke dichters kent men”, schreef Marnix Gijsen in De Standaard in 1936, naar aanleiding van het debuut van de schrijfster Blanka Gyselen. Hij meende dat Gyselens publicatie deel uitmaakte van een literatuur voortgebracht door vrouwen, los van de ‘echte’ literatuur. Vrouwelijke auteurs werden in de twintigste eeuw dan ook voortdurend met elkaar vergeleken en als ‘een hoofdstuk apart’ beschouwd. Maar verenigden schrijfsters zich wel actief als literair gelijkgezinden? Of moeten hun contacten eerder als vriendschappen worden gezien? Beschouwden zij zichzelf ook als een groep van vrouwelijke auteurs? Dit artikel gaat dieper in op de onderlinge sociabiliteit van schrijfsters en hoe zij die zelf percipieerden.

Hannah Smets

 
Fictie en werkelijkheid. Het beeld van ‘de vrouw’ in de Vlaamse oorlogsliteratuur van de Eerste Wereldoorlog

Algemeen wordt gesteld dat de Eerste Wereldoorlog een breuk betekende in de literatuur, maar geen emancipatie bracht voor vrouwen. Dit artikel onderzoekt hoe vrouwen in oorlogsliteratuur over de Eerste Wereldoorlog werden gerepresenteerd, hoewel oude literaire tradities bleven bestaan, traden er veranderingen op met betrekking tot de manier waarop vrouwen afgebeeld werden, iets wat paste in een ontwikkeling naar literaire vernieuwing in de jaren dertig. Is er toch een veranderende kijk naar de rol van de vrouw in de oorlogsliteratuur en is deze eventuele verandering in verband te brengen met een sociale en maatschappelijke werkelijkheid?

Marie Isaac

 

De redactie heeft moeite gedaan de rechthebbenden van afbeeldingen in Historica op te sporen. Rechthebbenden van afbeeldingen kunnen zich melden bij de redactie indien zij van mening zijn dat materiaal ten onrechte is gebruikt.